Zelfs met een plattegrond en online navigatie is het nog zoeken naar de Otterlose beuk van de Italiaanse kunstenaar Giuseppe Penone (1947) in het beeldenbos van het Kröller-Müller Museum. Eigenlijk is het ook het mooist als je hem toevallig tegenkomt. Het is hoogzomer als ik er ben en het bos is dicht bedekt met bladeren. Het zonlicht kan er hier en daar maar net doorheen kruipen. Dit werk duikt plotseling op en dan moet je nog scherp kijken of je daadwerkelijk in ontmoeting bent met Penone’s bronzen boom. Ik heb Penone’s bronzen boom sinds de plaatsing in 1987 al aantal keer gezien. De titel ben ik gek genoeg altijd even kwijt. Penone houdt zich sinds de jaren zestig veel bezig met bomen dus in mijn gedachte is dit gewoon die ene boom in het beeldenbos.
Giuseppe Penone – Faggio di Otterlo (Otterlose beuk), 1987-1988 – Brons.
Meestal weet ik niet hoe het er precies uitziet. Er zijn veel kunstwerken die ik in mijn gedachten kan uittekenen maar dat is niet het geval met Penone’s boom. Dat is misschien niet zo vreemd. Enkele bomen heb ik zo vaak gezien dat ik hun gestalte kan herkennen maar de meeste bomen in de bossen rond mijn woonplaats Utrecht zou ik niet kunnen beschrijven. De bronzen boom is al jaren hetzelfde. Het groeit niet, sterft niet en hoeft niet te worden gerooid. Het mag er bewegingloos blijven staan, als een stille getuige van dit bos. Het staat daar gewoon. Kale takken, kale stam met boven in een groepje bladeren. Als je dichterbij komt zie je bronzen bladeren op de grond liggen. Van een afstand waren ze niet goed te zien. Pas als je goed kijkt zie je dit soort details. De schors is ruw zoals een echte boom. Het brons verschilt in kleur en toon net even van de andere bomen. Het is wat grijzig groen, blauw soms met een vleugje paars. Het maakt dat je hem net opmerkt tussen zijn soortgenoten. Opeens vallen mij ook de lasnaden van het brons op. Wat gebeurt hier nu eigenlijk vraag ik me af. Eerst moet je zoeken naar het werk omdat het zo samenvalt met de omgeving maar als je het eenmaal ziet dan wordt deze ene boom steeds scherper, hij verschijnt als het ware. Ik ben mij bewuster van de bomen door de niet-boom die zich voordoet als een boom.
Het ziekenhuis waar ik werk is omringd met bomen. Patiënten vertellen mij vaak wat het zien van die bomen voor hen betekent. Sommigen putten hoop en houvast uit de toppen van de bomen. Als de bomen dichtbij staan kunnen ze vogels zien die ze af en toe na een aantal dagen gaan herkennen. En soms worden patiënten verplaatst naar een kamer met zicht op het groen. Gevoelens van uitzichtloosheid worden zo wat verzacht. Sommige hoekkamers hebben ramen die werken als levende schilderijen, ook in de winter als de wirwar van takken tekeningen vormen in het landschap om het gebouw. Vanuit de kamer waar ik met mijn collega’s zit kijken we uit op twee reusachtige beuken die vanuit het niets opeens bladeren hebben en nu, in de herfst, heel langzaam verkleuren. Het zijn onze dagelijkse ankerpunten, die beuken.
Giuseppe Penone – Faggio di Otterlo (Otterlose beuk), 1987-1988 – Brons.
Giuseppe Penone – Faggio di Otterlo (Otterlose beuk) – detail.
Giuseppe Penone – Albero Folgorato (Door de bliksem getroffen), 2012 – Brons, goud. Tentoonstelling Voorlinden 2022.
Tijdens Penone’s tentoonstelling in Museum Voorlinden in 2022 was het werk Albero Folgorato (Door de bliksem getrokken) te zien. Ook hier zien we een bronzen boom. De boom staat hier juist midden op een open veld en niet verscholen in het bos. De grote kale donkerkleurige boomstam is aan de bovenkant gespleten. De binnenkant van de gespleten boom laat een heldere geelgouden gloed zien. Penone accentueert de breuk, en maakt van de boom een getuige van natuurkrachten. Bijna als een monument. Het ontvouwt zich naar boven.
Giuseppe Penone – Sentiero (Pad), 1983-1984 – Brons. Foto: Flickr.
In Sentiero (pad) zien we een menselijke figuur versmolten met het boomachtige. Het beeld lijkt een beetje op een sprookjesfiguur. Er is ook een variant in het bezit van het Kroller Mueller museum. De textuur van het oppervlak is ruw, met nerven en groeven die doen denken aan schors. Het pad in Sentiero is geen rechte lijn, maar kronkelt licht. Het sleept zich ergens naar toe. In Sentiero is de mens verweven met de natuurlijke omgeving.
Giuseppe Penone – Spazio di luce (Ruimte van licht), 2008 – Brons, goud. Tentoonstelling Voorlinden 2023.
Spazio di luce (Ruimte van licht) bestaat uit een bronzen boomstam die dwars is doorgezaagd en op zijn kant is gezet. De boomstammen staan als een soort insecten in de ruimte en rusten op de takken. Ze krijgen er iets lichts door. De stammen zijn hol en je kan er doorheen kijken. Aan de binnenkant straalt de goudkleurige schors je tegemoet, net als in Albero Folgorato. Als je recht voor het werk staat en in de holle ruimte tuurt lijkt het alsof je in een oog kijkt.
Giuseppe Penone – Spazio di luce (Ruimte van licht), detail.
Giuseppe Penone werd geboren in 1947 in Garessio. In het Noord-Italiaanse dorp, omringd door bossen en bergen, ontwikkelde hij al in zijn jeugd een intuïtieve band met de natuur. Hij doorliep de kunstacademie van Turijn en legde de focus van zijn onderzoek op de relatie met bomen. In Alberi (bomen), een serie sculpturen die hij begon vanaf eind jaren zestig, haalt hij de biologische vorm van de boom tevoorschijn uit een industriële houten balk. Door laag voor laag van de balk af te schrapen en de knoesten te volgen onthult Penone de kern van het boomleven. Hij laat een deel van de balk intact om het proces zichtbaar te maken. De houten balk had ook een onderdeel kunnen worden van een huis of een schuur. Penone brengt je weer terug naar de oorsprong van de balk. De onderkant van de balk functioneert als sokkel.
Giuseppe Penone – Ripetere il bosco (Herhalen van het bos), 1969-2022 – Cederhout, sparrenhout. Tentoonstelling Voorlinden 2023.
De kunstcriticus Germano Celant lanceerde in 1967 het revolutionaire kunstmanifest “Arte Povera. Notes on a guerrilla war”. De eerste zin is: “Eerst komt de mens dan het systeem”. De kunstenaar moet zich volgens Celant onttrekken aan vaste rollen, conventies en verwachtingen van het systeem. Hij moet handelen als een nomade en een ontdekker, iemand die niet werkt binnen een vooraf bepaald kader, maar dat kader juist ondermijnt. Dit betekent ook dat het kunstobject zelf niet duurzaam of verkoopbaar hoeft te zijn. Het mag tijdelijk, ruw en onvoorspelbaar zijn. De materialen die Arte Povera-kunstenaars gebruiken zoals aarde, hout, touw of vuur, verwijzen naar lichamelijkheid, de natuur en het procesmatige. Penone werd al snel een toongevende figuur in deze beweging.
Penone benadrukt ook sterk het lichamelijke aspect: “Als je iets aanraakt, voel je het, maar het object, de persoon of de boom voelt jou ook. We moeten het gevoel van gelijkheid tussen mens en natuur niet vergeten.” Elders zegt hij: “Ik stem mijn ademhaling af op de groene wereld om mij heen en voel de beweging van de boom onder mijn hand. Telkens probeer ik de relatie met mijn eigen lichaam te ervaren.”
“Zichtbaar en beweeglijk hoort mijn lichaam bij de dingen, het is er een van, het is gevangen in het weefsel van de wereld”, schrijft de filosoof Maurice Merleau-Ponty in zijn laatste tekst Oog en geest uit 1964. Penone noemt hem vaak als iemand die grote invloed op zijn werk heeft: “Merleau-Ponty zegt dat het lichaam het medium is van de wereld. Het is door het lichaam dat we de wereld kennen, en het is via het lichaam dat de sculptuur spreekt.” Het werk van Penone raakt ook aan opvattingen binnen het Posthumanisme zoals die van Bruno Latour of Eduardo Kohn. Kohn stelde onze relatie met het bos centraal in zijn boek How forests think. Kohn: “Het bos spreekt, niet in woorden, maar in bewegingen, ritmes en geluiden die we kunnen leren verstaan.”
"Als je iets aanraakt, voel je het, maar het object, de persoon of de boom voelt jou ook. We moeten het gevoel van gelijkheid tussen mens en natuur niet vergeten."
Giuseppe Penone
Giuseppe Penone – Palpebra (sinistra) (ooglid [links[), 1977 – houtskool op papier op doek, gips. Tentoonstelling Voorlinden 2022.
Adembenemend mooi is de serie Palpebra (ooglid). Het ooglid is een fragiel en dun deel van de menselijke huid. Het beschermt de binnenwereld tegen de buitenwereld. Als het oog wordt geopend begint het zien en waarnemen. Penone wrijft zijn ooglid in met houtskool, brengt plakband op zijn ooglid aan en trekt het er af. De fijne textuur van de huid wordt uitvergroot tot een reliëf van plooien en rimpels in een landschap van tien meter lang en twee meter hoog. Midden in de tekening is een gipsen afgietsel van zijn oog te zien, links of rechts. Er is ook onmiddellijk een associatie met de fijne nerfstructuur van bladeren. Penone: “De dagelijkse voetsporen van de mensen op de grond zijn als een bladertapijt. We slaan onze ogen op om naar de bladeren aan de bomen te kijken, we slaan ze neer om naar de grond te kijken. Op onze neergeslagen oogleden verschijnt het bladerpatroon. De gevallen bladeren zijn gesloten oogleden.”
In een tijd waarin we onze relatie met de ons omringende natuur opnieuw aan het definiëren zijn, kunnen de Palpebra-werken gelezen worden als een manifest voor verbondenheid en de verwevenheid met een groter ecosysteem. Penone werkt met analogieën waarin de nerven van bladeren en de textuur van hout worden voorgesteld als de lijnen en groeven in de huid. Alles is verwant en alles resoneert.
Penone zegt in een interview over de relatie tussen de mens en de rest van de natuur: “De relatie is absoluut gelijkwaardig, er is geen kracht die de andere overwint: wij zijn lucht, water, aarde, gras, schors, bladeren lichaam, huid, oppervlak. Onze cultuur heeft de manieren van denken verdeeld, de mens gescheiden van de natuur. Ik geloof niet dat die duidelijke scheiding gemaakt kan worden. Vanuit een kosmisch gezichtspunt is het onderscheid tussen hen niet relevant.”
Giuseppe Penone – Palpebra (sinistra) (ooglid [links[), detail.
Giuseppe Penone – Palpebra (Ooglid), 1989-1991 – houtskool op vilt, gips. Collectie De Pont Tilburg.
Werk van Giuseppe Penone bevindt zich onder andere in de collecties van het Kröller-Müller Museum, het Stedelijk museum in Amsterdam en het Van Abbemuseum in Eindhoven. Aan de Westersingel in Rotterdam is een andere bronzen boom te zien: Elevazione (2001).