Menu Sluiten

De stille verschijningen van Stephan Balkenhol

Het alledaagse van wachten op een station kan soms iets vreemds hebben. Het is alsof je voor even verblijft in een soort niemandsland, een tussengebied. Je staat of zit en kijkt naar staande en zittende mensen. De meesten zwijgen en lijken voor zich uit te kijken. Dat glazig staren in een onbestemde richting met dwarrelende gedachten doen we vaak. Even geen richting hebben. Als dat te lang duurt groeit de behoefte om iets te gaan doen en in beweging te komen. Op het station zie je mensen dan gaan ijsberen over het perron of ze pakken toch maar weer hun mobiele telefoon. Sommigen staan al op de plek waar de deuren zullen staan wanneer de trein stopt zodat ze als eerste de trein in kunnen. Maar sommigen lukt het om niets bijzonders te doen en gewoon ergens te staan. Alsof het vanzelfsprekend is.

Stephan Balkenhol – Paar (1999), Douglassparhout, 2x170x40 cm, Aegon kunstcollectie, tentoonstelling In search of meaning in de Fundatie Zwolle 2015.

Wanneer ik de sculpturen van de Duitse beeldend kunstenaar Stephan Balkenhol zie moet ik wel eens denken aan dat niemandsland. Zijn mensfiguren kijken meestal op die zwijgende manier ergens de ruimte in. Het merendeel van de beelden die Balkenhol maakt zijn van hout. Sommigen van brons of beton. De houten beelden zijn grof uitgehakt, alsof het schetsen zijn. De houtsplinters hangen er vaak nog aan. Ze zijn beschilderd maar op sommige plaatsen komt het naakte hout onder de verf vandaan. Op plekken waar huid is zien we onbeschilderd hout. Bijna nog een boom. Ze staan op een sokkel. Meestal is het beeld met sokkel en al in een keer uit een boom gebeiteld. De sokkel wordt zo een onlosmakelijk deel van het beeld. De zegswijze ‘het is iemand uit één stuk’ krijgt hier een mooie betekenis. Soms staan de beelden ook op hoge palen, zuilen en krukachtige tafels.

Stephan Balkenhol – Vrouw voor een reliëf (2009), wawa hout, 170 x 25 x 25cm and 140 x 100 x 2cm. Foto: Julian Stallabrass

Een beeld op een sokkel, dat klinkt nogal klassiek maar dat zijn deze sculpturen toch niet helemaal. Wel zoeken ze aansluiting bij de traditie. Balkenhol laat de onontkoombare geschiedenis van beelden op sokkels met een ontwapenende nuchterheid en lichte dosis humor mee resoneren in zijn werk. Zijn beelden kunnen klein van stuk zijn maar ook metershoog boven de mensen uittorenen op een plein.

Stephan Balkenhol – Mensfiguren (2010), eikenhout, kantoor Waterschap Brabantse delta, Breda.

Stephan Balkenhol is geboren in 1957, groeide op in Kassel en genoot zijn opleiding aan de kunstacademie in Hamburg. In de jaren tachtig begint hij met het maken van zijn kenmerkende houten sculpturen. Het hout dat hij daarvoor nodig heeft komt vaak toevallig op zijn pad. Balkenhol: “Hout is gemakkelijk te verwerken, te verplaatsen en relatief gemakkelijk verkrijgbaar. Bovendien is het niet zo belangrijk en ingewikkeld als andere materialen, bijvoorbeeld steen of brons. Het geeft me precies de juiste bewerkingssnelheid. In mijn vroege dagen werkte ik met linde- of beukenhout. Het waren staatbomen die waren gekapt en die ik gratis mocht meenemen.”

Voor de Mensfiguren voor het kantoor van het Waterschap in Breda gebruikte hij de gerooide eiken die aan de overkant op een landgoed lagen. Hij begint met de kettingzaag en hakt de vormen verder uit met verschillende beitels, van grof naar wat fijner.

Stephan Balkenhol – Naakte vrouw (1999), lindehout, 250x71x38cm – Kunstmuseum Den Haag

De figuren die Balkenhol maakt representeren meestal gewone alledaagse mensen. Door zijn loopbaan heen heeft hij ook dieren gemaakt, mens-dieren en dieren in combinatie met mensen. Die combinatie van wezens houdt hem ook bezig. Zo maakte hij eens 57 pinguïns van hout, allemaal op een hoge sokkel, een man naast een panter en een krokodil of een man en een vrouw met de hoofden van een muis.

Het overgrote deel van zijn oeuvre bestaat echter uit mensfiguren. Vrouwen tonen zich in eenvoudige jurken en mannen zien we vaak in een zwarte broek met wit overhemd. Ze kijken met een zekere kalmte de wereld in. Ze hebben geen uitgesproken expressie in hun blik of houding. Je zou ze zo over het hoofd kunnen zien als ze niet op een sokkel zouden staan en nu opeens onvermijdelijk aanwezig zijn. Zelfs het beeld Naakte vrouw dat in het Kunstmuseum in Den Haag staat lijkt zich niet bewust van haar naaktheid. Ze kijkt op een stille open manier ergens naar toe. Alsof ze op de een straathoek wacht tot ze kan oversteken. De naakte man die te vinden is in Museum Voorlinden heeft de ogen dicht. Even komt de David van Michelangelo in je gedachten maar deze man staat er bij alsof hij onder de douche staat.

Stephan Balkenhol – Naakte man (2020), hout, museum Voorlinden Wassenaar

De figuren van Balkenhol staan bijna allemaal met de armen langs het lichaam. De man uit het beeld Sphaera die op een enorme gouden bol staat, waar we al snel een wereldbol in zouden kunnen zien, staat op eenzelfde wijze roerloos in de verte te staren. De gouden bol komt terug in het beeld Fontein van Fortuna dat hij maakte voor de stad Sneek. De man zwaait rond met een hoorn des overvloeds waar het water rijkelijk terugvloeit in de singel. De man kijkt er stoïcijns bij. In Balanceakt zien we een man op een smalle betonnen rand staan met een been net zwevend in de ruimte. Balans zoeken. Ook even die subtiele verwijzing dat een sculptuur ook altijd over zwaartekracht gaat, over staan. De man lijkt niet bang te zijn en kijkt niet verstoord. Hij is er gewoon.

Stephan Balkenhol – Fontein van Fortuna (2018), beschilderd brons. Sneek.
Stephan Balkenhol -Balanceakt (2009), brons, Berlijn.

Balkenhol: In mijn visie worden mijn sculpturen een vraag, een spiegel. En het is de kijker die het met betekenis vult. Verbazingwekkend genoeg kunnen veel toeschouwers deze ‘openheid’ nauwelijks verdragen. Zowel ikzelf als mijn sculpturen hebben dit spanningselement, dit mysterie, nodig.

Stephan Balkenhol – Sphaera, (2007). 9 meter hoog, 5 meter doorsnede. Kapitelplatz, Salzburg, Oostenrijk. Foto: Pixelteufel.
Stephan Balkenhol – Großer Mann mit kleinem Mann (1998) – Pariser Platz, Berlijn. Foto: Mira Mechtley.

Thomas Schütte, een collega-kunstenaar van Balkenhol zag in zijn werk ook een vleugje religie opduiken met die bijna heilige geconcentreerde aandacht voor de mensfiguur die uit een boomstam verschijnt. 1

Balkenhols sculpturen herinneren ook aan die lange geschiedenis van uit hout gesneden religieuze beelden. Zijn opvoeding is daar belangrijk in geweest stelt hij vast: “Mijn ouders waren katholiek en ik moest elke zondag naar de kerk. Ik verveelde me daar vaak, maar vond de heilige beelden altijd fascinerend. Op een gegeven moment realiseerde ik me dat deze figuren de heilige Antonius, de heilige Elizabeth en anderen moesten voorstellen, maar in feite was het de beeldhouwer uit de 14e of 17e eeuw die zichzelf en de tijd waarin hij leefde had vereeuwigd. Als je naar figuren kijkt als deze krijg je een idee van hun tijd en ook van het eeuwige. Dat heb ik altijd spannend gevonden.”

Stephan Balkenhol – Hommage an Macke (2018), brons. Foto: Axel Kirch.

Ook de engel krijgt een plek in het nuchtere aardse bestaan van zijn sculpturen. Ook zij tonen zich als bescheiden verschijningen zonder de gigantische vleugels die je wel eens ziet op schilderijen van engelen in de klassieke schilderkunst. Ze staan erbij als eenvoudige mensen, maar dan met vleugels. Is hier de gedachte dat iedereen een engel zou kunnen zijn?

Stephan Balkenhol – Engel (2007), brons Foto: , Engel (2008), hout, Foto: Aleksandr Zykov

In een tijd dat er hevig wordt gestreden over de betekenis van de historische figuren die op sokkels staan zijn gewone mensen op die plek misschien een verademing. Balkenhol: “We zijn geconditioneerd om te geloven dat monumenten in de openbare ruimte automatisch een belangrijk persoon moeten vertegenwoordigen. Maar als het gewoon een man in een wit overhemd en een zwarte broek is, kan het even duren voordat sommige mensen beseffen dat het net zo goed jij of ik kan zijn.”

Stephan Balkenhol – Mann und Frau (2004), Brons. Hamburg, Duitsland. Foto: Teresa Grau Ros

Stephan Balkenhol heeft zich altijd verzet tegen kunst die een boodschap zou moeten brengen. Zijn werk is een soort stille open ruimte. Hij merkt daarover op: “Mijn figuren zijn niet met iets bezig, ze hebben geen beroep en geen verplichting. Ze hebben geen doel. Met mijn werk wil ik je uitnodigen om de confrontatie met de leegte aan te gaan. Dat is een moment waarin je niet wordt vermaakt of afgeleid maar een existentieel moment, waarin je je eigen bestaan bevraagt. Ik heb het gevoel dat onze maatschappij extreme angst heeft voor die leegte, wanneer er geen gebruiksaanwijzing is waarop staat wat je moet doen. Ik geloof in de vrijheid van het individu maar dat is geen geschenk. ‘Wij zijn veroordeeld om vrij te zijn’, zei Sartre. Dat is een levenslange opgave.” 2

Noten

  1. Thomas Macho (2008) in: Stephan Balkenhol, Deichtorhallen Hamburg, tentoonstellingscatalogus, Keulen, Uitgeverij Snoeck.
  2. Anne Berk (2015) in: In search of meaning. Mensbeelden in globaal perspectief (2015), pagina 58/59, tentoonstellingscatalogus De Fundatie Zwolle, Uitgeverij Waanders en de kunst.

2 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.