Menu Sluiten

William Wegman – Being human

William Wegman – George (detail) – 1997 – polaroid

Ik hou niet van honden. Ik ben er vaak een beetje bang voor. Die angst is het gevolg van een daad van barmhartigheid. Mijn opa heeft ooit een Duitse herder onder zijn hoede genomen die door een vorige eigenaar zwaar werd mishandeld. Het dier was dus altijd op zijn hoede. Aangezien ik van jongs af aan vaak bij mijn grootouders kwam was deze hond altijd een gevaarlijk wezen. Als ik rijdend met mijn speelgoedautootje in de buurt van de hond kwam trok hij langzaam zijn tanden bloot en liet een onheilspellend gegrom horen zonder mij uit het oog te verliezen. Soms had hij maar half oog open. Ik keek dus wel uit om al te dicht in zijn buurt te komen. Mijn relatie met honden is helaas nooit meer helemaal goed gekomen. Het werk van fotograaf en schilder William Wegman (1943) laat mijn angst tijdelijk zachtjes verdampen.

De wereld van William Wegman gaat over verschillende dingen maar in ieder geval over de diepe liefde voor zijn Weimaraners. Weimaraners zijn Staande honden, jachthonden. In de vroege jaren zeventig van de twintigste eeuw begon Wegman te werken met deze soort. De honden figureren in veel uiteenlopende scènes, met kleding aan, menselijk gedrag projecterend maar ook zonder kleding in speels ontroerende situaties. Het Fotomuseum in Den Haag toont een overzicht van zijn fotografische werk met zijn Weimaraners.

William Wegman – zaal Fotomuseum Den Haag – v.l.n.r:  Ionian (2005), Ecclesiastical (2000)

In een deel van de werken zien we theatrale scènes waarin de honden poseren en gekleed zijn als mensen. Het zijn soms types die je op straat tegen zou kunnen komen. We zien een portret van de geüniformeerde ‘George’ met zijn open blik. Hij draagt een zwarte jas met een Amerikaanse vlag en op zijn andere borst de naam George. Een vrouw die figureert in ‘Casual’ met rode trui en ketting. In ‘Qey’ zien we een figuur uit de hiphopscene. De twee hondenpootjes komen onder zijn rode vest uit. Je ziet de contouren van de tafel waar hij op staat door zijn trainingsbroek heen komen. ‘Ecclesiastical’ laat een wat duister portret zien van een priester tegen een donkere achtergrond. Zijn ogen kijken heel subtiel omhoog. Een lange parade van kleurrijke figuren trekt langs. Een boerenjongen, een seventies discotype, man in pak, een operazangeres, vrouwen in lange jurken of types die heel hilarisch figureren in jachttaferelen of een hond uitlaten. Wegman’s honden acteren in de jaren negentig ook in de Amerikaanse Sesamstraat.

1. William Wegman – George – 1997 – polaroid
2. William Wegman – Qey – 2017 – pigmentdruk

Zijn eerste Weimaraner heeft hij Man Ray genoemd, naar de beroemde fotograaf, denk je dan. Maar Wegman geeft nog een verklaring voor zijn naam: “De eerste keer dat ik hem zag, was toen hij zes weken oud was. Hij zag er echt uit als een kleine man, en hij stond in een lichtstraal, en daarom noemde ik hem Man Ray ”, zegt Wegman. “Ik begon net met fotograferen. Ik fotografeerde de dingen die ik zou opzetten, en Man Ray liep altijd in de weg en begon ergens op te kauwen. Hij was geïnteresseerd in wat ik deed. Hij gedroeg zich anders toen ik de camera op hem richtte, en wat me opviel was niet hoe schattig hij eruitzag, maar eerder vreemd en intens.” Wegman: “Ik ben gaan denken dat het iets dieps van binnen is, dat er iets is met honden die op ons lijken. Maar het feit dat zij niet ons zijn maakt het echt interessant; ze schitteren in dat overgangsgebied.”

2. William Wegman – Perhaps religious- 2004 – polaroid
1. William Wegman – White out – 2014 – pigmentprint
 

In recenter werk laat hij de Weimaraner poseren zonder kleren. Ze zitten of hangen sierlijk op designmeubels. Ze staan tussen witte of gekleurde kubussen en kleurvelden, een knipoog naar de abstracte kunst van de twintigste eeuw, ze springen ergens heen of zijn verwikkeld in rollen wc-papier. Soms kijken ze alleen maar de lens in met hun typerende vorsende oogopslag.

Tot 2010 heeft Wegman gewerkt met een groot formaat analoge Polaroidcamera waar er maar vijf van zijn gebouwd. De camera had het formaat van een grote koelkast. “De polaroidcamera is een deel van mij geworden”, zegt hij. “Toen ik overstapte naar digitaal werd de vraag, hoe groot moet het zijn en ja, weet ik veel, hoe groot is je bestand. Polaroid had het voordeel dat het altijd het formaat van 20 x 24 inch had. Dat was de grens. De honden wisten ook precies wat er gebeurde als de camera in stelling werd gebracht. Polaroid ging failliet en het is niet meer te betalen. In mijn tijd koste een afdruk enkele tientallen dollars per stuk en ik deed er tientallen op een dag. Nu zou zoiets honderden dollars kosten.”

Videostill uit Artist series: William Wegman. Aan het werk in het veld met de enorme 20×24 inch Polaroidcamera.

Het antropomorfisme in de foto’s raakt aan het werk van Helena van der Kraan, ook te zien in het Fotomuseum. Bij van der Kraan worden menselijke emoties geprojecteerd in teddyberen, bij Wegman in zijn honden. Wegman is daar altijd wat dubbel in geweest: “Ik heb een afkeer gehad van antropomorfisme en jarenlang heb ik me bewust ingespannen om het te vermijden, maar het is niettemin ingebed in veel van het werk. Een hond hoeft niet verkleed te zijn om menselijke eigenschappen te hebben.”1 “De honden kunnen grappig zijn natuurlijk maar ze zijn ook mooi en mysterieus”, zegt hij, “zelfs als ik ze zo groot maak als mensen.”

Van tijd tot tijd zijn er verwijten van dierenmishandeling. In de jaren tachtig werd hij wel eens aangevallen door feministen vanwege zijn reeks vrouwenportretten. Wegman: “Dat verbaasde me omdat ik ook mannelijke personages heb gemaakt, Mensen die naar mijn werk kijken, weten dat ik de honden geen kwaad doe. Ze vinden het echt leuk om te doen.” Dergelijke verwijten zijn wat verstomd. De speelse en liefdevolle samenwerking die Wegman aangaat met zijn honden heeft daar waarschijnlijk mee te maken. De Weimaraner spelen als subjecten een rol in Wegman’s wereld. Wegman over die relatie: “Ik heb mijn hele leven naar ze gekeken, voor ze gezorgd en geprobeerd uit te zoeken wat voor ze werkt. De reden dat ik goede portretten van hen kan maken is dat ik goed voor ze kan zorgen, en ik respecteer wat ze willen. Ik probeer altijd te zoeken wat hen individueel gelukkig maakt.”

Het werk van Wegman laat interessante vraagstukken zien in deze posthumanistische tijden waarin de scheidslijnen tussen mensen, dieren en dingen aan het verschuiven zijn. ‘Being human’ verwijst naar naar de hond die even in de huid van de mens lijkt te kruipen en ons mens-zijn verscherpt teruggeeft. Ondertussen gebeurt er ook ergens iets met het hond-zijn. Waar begint de mens of het dier? Of beter gezegd, het niet-menselijke dier? Of is de kern van het werk juist gelegen in die onlosmakelijke verstrengeling tussen verschillende dieren? 

William Wegman – zaal Fotomuseum Den Haag

Wat opvalt naarmate je langer naar de portretten kijkt zijn de individuele verschillen van de Weimaraners die steeds scherper worden. Lui hangen, recht zitten, verfrommeld liggen, glazig kijken, staren met een schuin hoofd, geconcentreerd turen, oren half omhoog, steeds meer details in houding en gelaatsuitdrukking worden zichtbaar. Naar verloop van tijd verdwijnt de mens naar de achtergrond en verschijnen Man Ray, Fay Ray, Flo, Wendell en alle generaties nakomelingen die allemaal hebben geposeerd in Wegmans portretten en ensceneringen.

William Wegman – Video National Gallery Victoria Melbourne

De tentoonstelling Being human is te zien van 5 september 2020 t/m 3 januari 2021.

Op 5 september 2020 had Nieuwsuur een item over het werk van Wegman en de Weimaraners.

Noten

  1. Wegman, William & Ewing, William E. (2017) William Wegman – Being Human, pag 337. Londen, Uitgeverij Thames & Hudson.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.